Oostermeer

Klik hier voor meer foto's....

Amsteldijk Noord 37
1184 TD Amstelveen

18e eeuws ontwerp

Buitenplaats Oostermeer is een rood bakstenen gebouw
op rechthoekige grondslag. Het bestaat uit een souterrain, bel-etage, verdieping en kapverdieping onder een schilddak met gesmoorde pannen en forse schoorstenen op de nokeinden. De voorgevel is drie traveeën breed en wordt geleed door pilasters. De toegangsdeur en het venster daarboven zijn gevat in een rijk gesneden hardstenen omlijsting in Lodewijk XIV-stijl. In de vestibule bevinden zich vier stucmedaillons, waarin de vier jaargetijden zijn voorgesteld. Een fontein in een nis en geschilderd behangsel versieren de linkerzijkamer. De rechterzijkamer is eveneens van een geschilderd behangsel voorzien. Op een van de wanden van de koepelvormige grote zaal kan men nog twee Venetiaanse spiegels van gelijke grootte bewonderen. Het plafond is voorzien van stucwerk. Het ontwerp van het huis en de uitvoering van het snijwerk worden toegeschreven aan Ignatius van Logteren, mogelijk in samenwerking met Jan van der Streng. De buitenplaats is van de Amsteldijk afgescheiden door een fraai smeedijzeren hek met monogram, toegeschreven aan de meester-smid Joseph Uljé. Opdrachtgever was Willem Bus in 1728. De naam Oostermeer is ontleend aan zijn ligging: ten oosten van het voormalige Pancrasmeer (vroeger: Bancken-meer).

Tuin

De tuin is begin 1900 aangelegd door tuinarchitect Leonard Springer. Hij gebruikte streng symmetrische Franse en landschappelijke Engelse elementen. Bijzonder zijn ook de 18e eeuwse tuinbeelden. Aan de linkerkant ligt een theekoepel uit de tweede helft van de 18e eeuw.

Bewoners

Het huis dat op deze plaats stond, diende tot 1574 als gasthuis. De regenten verkochten het toen aan Jan Jeliszoon Valckenier. Daarna is het pand regelmatig van eigenaar gewisseld. Ook de familie Hooft heeft het in bezit gehad. Het is niet zeker wie uiteindelijk de buitenplaats oorspronkelijk heeft gesticht. In 1704 was er zowel een boerderij als een buitenplaats met de naam Oostermeer. Eigenaar was toen Jacob Verhaijck. De naam Oostermeer wordt dan voor het eerst genoemd. Op 31 oktober 1757 werd de buitenplaats verkocht aan Nicolaas Freher. Freher heeft Oostermeer zeer verfraaid. Hij liet ondermeer de koepel bouwen en een aanlegsteiger met een schuitenhuis aan de Amstel. Ook werden er broeikassen neergezet. Tot 1807 bleef het pand in het bezit van de familie Freher. Wegens schulden moest de buitenplaats toen worden verkocht. Op 23 december 1807 werd Joan Gerard Kruimel eigenaar van de buitenplaats, zonder de boerderij. Het huis bleek tamelijk verwaarloosd en Kruimel liet omvangrijke reparaties uitvoeren. Tot het jaar 1900 bleef Oostermeer in het bezit van de familie Kruimel. In het jaar 1901 werd Adriaan Cornelis Maria van Etten eigenaar. Hij liet het park door tuinarchitect Leonard Springer vernieuwen.

Goudstikker

In 1930 werd kunsthandelaar Jacques Goudstikker eigenaar. Hij overleed in 1940 tijdens de overtocht per schip naar de Verenigde Staten, waarheen hij met zijn gezin op weg was. Mevrouw Goudstikker-Halban verkocht Oostermeer vervolgens aan de 'Stichting Pensioenfonds van de Nationale Handelsbank' te Amsterdam (1957), nadat het huis al sinds 1945 had leeg gestaan.