1475
De nonnen van de kloosters der Heilige Catharina en Geertruida te Amsterdam, omstreeks twintig jaren volgens den derden regel van Sint Franciscus geleefd hebbende. verlangen uit zucht naar meerdere heiligheid eenen strengeren levensregel aan te nemen en verzoeken daarom de vrijheid, om zich te mogen voegen bij de Orde der Regulieren van Sint Augustinus. Paus Sictus IV staat haar zulks toe, in eene bul, geschreven 2 Mei 1475 aan Johannes van Arsen, Overste der kerk van den Heiligen Geest te Roermond.
' .... Want uyt krachte van ons Apostolisch gesach .... , en uyt een bysondere goedtgunstigheit. Vergunnen wij, door den inhoudt dezes, de Priorinnen. en Conventen van Maagden-daale (van St. Geertruida) en St. Catharinaas Klooster .... (beide te Amsterdam), indie soo een bevestiginge, goedtkeuringe en verbeteringe, uyt kracht van ons gesach, door u gedaan mag worden, dat de Prior en het Convent van St. Jans-Klooster te Amsterdam (lees te Nieuwer-Amstel), de gemelde Kloosters van Maagden-daale en St. Catharina, onder haare bestieringe en bescherminge mogen nemen; en 't selfde Rechtsgebiedt en Gesach daar in sullen hebben, 't welk de Prior en 't Convent des gemelden Kloosters van Windeshem hebben, over alle de Kloosters en plaatsen die onder het Klooster van Windeshem staan; en dat de Prior van St. Jans-Klooster voornoemdt, met de toestemminge nochtans van de gemelde Priorinnen, en Conventen, een bequaam Priester tot Overste en Biegtvader van de Nonnen der gemelde Conventen van Maagdendaale en St. Catharina mogen verkiesen.
De zusters zullen gerekend worden te behooren tot het Kapittel van Windesheim en deelen in alle voordeelen, daaraan verbonden.
S0001